Famieleden, vrienden en buurtbewoners reageren maandagavond verbaasd en verontwaardigd op de eerste aflevering van het televisieprogramma Bureau Hofstad op RTL4.

In de serie, waarin de werkzaamheden van enkele Haagse politieagenten worden gevolgd, staat een van de agenten stil bij de bloemenhulde op de kruising van de Goudriaankade en de Rijswijkseweg, de plek waar op 21 december 2019 de toen 20-jarige Bilal werd doogestoken.

Volgens de agent had de moord alles te maken met een vete tussen drillrappers en een ruzie tussen bendes uit verschillende wijken.

Welzijnsorganisatie De Jonge Ooievaar laat weten dat door deze opmerking veel emoties zijn losgekomen bij vrienden en familie van Bilal, “Wij betreuren dat deze onwaarheden via nationale televisie publiekelijk zijn geworden. Bilal had tot de dag van zijn overlijden helemaal geen problemen en of ruzie met drillrappers. Ook hield hij zich niet bezig met de muziekwereld en dus helemaal niet de drillrap-wereld.”

Fractievertegenwoordiger Nur Icar van de partij Islam Democraten in de Haagse gemeenteraad reageert ook op de uitzending. “Erg pijnlijk om te constateren dat Bilal hier verkeerd wordt neergezet. Geen idee of agenten of corps weten dat Bilal juist een held was in de community en niks te maken had met drillrap of alle narigheid daaromtrent.”

Na gesprekken met de naasten van Bilal gaat raadslid Nur Icar aan de politie Den Haag om een rectificatie vragen. Ook heeft hij burgemeester Jan van Zanen op de hoogte gebracht van de ophef.

De moordenaars van Bilal, twee mannen van 20 en 21 jaar, werden in juni dit jaar tot tien jaar cel veroordeeld. Tijdens de rechtszaak bleek dat de talentvolle voetballer van voetbalvereniging HVV Laakkwartier met een groep jongens ruzie had gekregen en daarna werd neergestoken. Over een connectie met drillrappers werd niets gezegd.

In de verzorgingsruimte van HVV Laakkwartier is een muurschildering aangebracht ter ere van Bilal. Ook werd na het overlijden van Aydin een geldinzamelingsactie opgezet om ter nagedachtenis aan de Hagenaar waterputten te kunnen openen in ontwikkelingslanden. Met de actie werd ruim 38.000 euro opgehaald, goed voor 84 putten in Pakistan, twee in Bangladesh en een in Turkije.